De Heere zal voor u strijden, en ú moet stil zijn.
(Exodus 14: 14)
Er lijkt geen redden meer aan…
De Israëlieten hebben op bevel van Mozes hun kamp opgeslagen aan de rand van de zee. Dit had God aan Mozes opgedragen. Plots rijzen grote stofwolken op aan de horizon. De Farao en zijn leger stormt op hen af! Het is te laat, de weerloze groep mensen met hun kinderen en vee kan geen kant meer op. De mensen roepen het uit tot God en verwijten Mozes dat hij hen in deze afschuwelijke situatie gebracht heeft: Had ons toch met rust gelaten in Egypte! We waren liever daar gebleven als slaven, dan nu in doodsnood hier!
Ze hebben helemaal geen vertrouwen in God. Maar hoe zou dat ook kunnen? Net bevrijd, is dit hun eerste confrontatie met het kwaad dat hen naar het leven staat. Ze moeten God nog leren kennen!
Mozes doet het hen voor. Hij vertrouwt wel op God, zelfs in deze ogenschijnlijk hopeloze situatie. Hij zegt hen: Wees niet bang, houd stand. Kijk dan toch hoe God jullie vandaag nog gaat redden van die aanstormende Egyptenaren. De heer zal voor jullie strijden en jullie… hold your peace (Engelse vertaling van Exodus 14: 14b).
De Israëlieten konden geen kant meer op, maar juist daardoor werden ze getuigen van één van de grootste uitreddingen die God het volk ooit bewezen heeft. Dit wonderlijke ingrijpen van God gonst nog na tot op de dag van vandaag en versterkte in de loop van de geschiedenis keer op keer het geloof van velen. De kracht die God hier liet zien, liet de omringende volken beven voor Israël, want Israël was Gods volk.
God had Naam gemaakt en met Hem ook Zijn volk. Besef dan nu eens dat deze God ook jouw God is hier en nu en dat jij ook bij Zijn volk hoort.
Ja maar, dat was toch vroeger…
Dit Bijbelgedeelte toont ons hoe machtig en betrokken onze God is, ook bij ons hier en nu. Maar je zou kunnen denken dat God nu toch wat anders werkt dan toen. Waarom zijn er anders zoveel Joden omgekomen in de tweede wereld oorlog? Hoe kan je dat verklaren, als God nu ook strijdt voor Zijn volk?
Omdat het lang geleden is dat Israël in Egypte onderdrukt werd, staan de beelden van de tweede wereld oorlog ons veel scherper voor ogen dan de situatie in Egypte. Maar, lezend in de Bijbel, zien we dat de Israëlieten ook in Egypte afgebeuld werden onder te zware arbeid om hen te decimeren in aantal. We lezen zelfs dat al hun baby jongetjes op den duur zonder pardon in de Nijl werden gesmeten. Hoeveel onschuldige kinderen en volwassenen zijn er door de overheerser (Farao’s) gedood voordat God ingreep? De Israëlieten zijn maar liefst 400 jaar onderdrukt in Egypte!
Dus de onbegrijpelijke vraag waarom God niet meteen ingrijpt lijkt van nu én toen. Maar toch werd uiteindelijk het volk Israël uitgeleid uit Egypte naar het beloofde land.
En toch kregen de Joden na de tweede wereldoorlog een eigen staat. Is God echt zo anders toen dan nu?
God grijpt in op het moment dat Hij de tijd daarvoor rijp vindt. Hij is soeverein en Zijn gedachten en plannen zijn groter dan onze “snelle oplossingen”. Dat accepteren is moeilijk voor ons en vraagt veel vertrouwen. Maar de Bijbel laat ons telkens weer zien dat God betrouwbaar is. Hij geeft uitredding aan Zijn kinderen, dwars door alles heen en laat uiteindelijk niet met Zijn Naam, noch met Zijn volk, sollen.
Vertrouwen is nog niet zo makkelijk
Vertrouwen op God moet je leren. Steeds weer stelde Israël zijn vertrouwen op mensen of afgoden in plaats van op God. God toonde daarin veel geduld maar moest soms toch ingrijpen om het volk weer op Hem gericht te krijgen. Wij moeten ook leren vertrouwen. Soms leren we dat, net als Israël, door moeilijkheden heen. Denk bijvoorbeeld eens aan de discipelen tijdens de storm op het meer. (Mattheüs 9: 23-27) Terwijl de discipelen totaal in paniek raken, ligt Jezus te slapen in de boot. Wat geeft het vertrouwen van Jezus op God Hem een rust! En dan Jezus’ vraag als Hij wakker gemaakt wordt: “Waarom bent u angstig, kleingelovigen?”. Alsof het de gewoonste zaak zou moeten zijn dat wij zonder angst leven in vertrouwen op God!
Dat vertrouwen moet groeien en je kan het voeden door het lezen van Gods Woord. Lees bijvoorbeeld eens Psalm 37 of Psalm 27.
Vertrouwen leer je ook door naar God te luisteren. Mozes hoorde God rechtstreeks spreken, maar dat kan bij ons ook anders. Als je bidt en stil bent voor God kan je soms Zijn stem van binnen horen als een gedachte, een tekst die in je boven komt of een lied. Het kan ook in de vorm van een verlangen of een drang om iets te doen. Maar soms blijft antwoord van God lang uit. Dan komt het aan op vertrouwen. Je vertelt je probleem aan God en daarna vertrouw je op Hem dat Hij het zal oppakken. Dan mag je het loslaten in Zijn handen en rust vinden.
Bidden tegen de klippen op
Dat wil overigens niet zeggen dat je dan ook maar moeten stoppen met ervoor bidden. Jezus leert ons juist om door te gaan met bidden. Na Zijn gelijkenis over de onrechtvaardig behandelde weduwe (Lukas 18: 1-8) zegt Jezus: “Zal God dan geen recht doen aan Zijn uitverkorenen, die dag en nacht tot Hem roepen, hoewel Hij hen soms lang laat wachten.
En deze aanmoediging geeft God ons vandaag de dag nog steeds. Iemand dacht namelijk na dertig jaar trouw bidden voor het behoud van iemand, om er nu toch maar eens mee te stoppen. Het bidden leek vruchteloos. De persoon voor wie gebeden werd wist niets van het voortdurende gebed af, maar kwam kort na deze beslissing op bezoek en zei, zonder duidelijke aanleiding, plotseling boos: “Ik gooi jou toch ook niet zomaar uit mijn systeem!” Enigszins verbouwereerd heeft de bidder toen onmiddellijk het bidden weer trouw op zich genomen.
Soms vindt verhoring pas zo laat plaats dat je het zelf niet meer meemaakt. Zo gebeurt het tijdens evangeliseren op straat regelmatig dat jongeren een Bijbel aannemen omdat ze weten dat hun oma ook geloofde en ze nu wel eens willen weten wat er in de Bijbel staat. Die oma heeft tijdens haar leven vast gebeden voor haar kleinkinderen… Wat een vreugde geeft dat!
God strijdt
God strijdt voor ons de grote strijd in de hemelse gewesten. De overwinningen daar zijn niet altijd meteen zichtbaar voor ons. Maar het brengt je tot stille verwondering en grote dankbaarheid als je iets mag zien van Zijn grote daden in liefde en rechtvaardigheid.
Als je gaat beseffen dat God voor ons strijdt, verandert je gebedsleven. Dan durf je oprecht te gaan bidden wat Jezus ons leert in het Onze Vader: Laat Uw wil geschieden.
Stil vertrouwen op wat God doet geeft je een innerlijke rust. Je wacht af hoe God het zal leiden. En soms moet je dan ook zelf wat gaan doen, zoals de Israëlieten die hun kamp aan de zee moesten opslaan of Mozes die zijn staf moest opheffen opdat de zee zou splijten. Maar God vraagt nooit het onmogelijke van ons, hij vraagt slechts om Hem te vertrouwen.
Tot slot een prachtige overweging van Ad Roos
Door mij zijn enkele Bijbelvertalingen uit de boekenkast gepakt en met elkaar vergeleken. De Herziene Statenvertaling schrijft: “De HEERE zal voor u strijden, en ú moet stil zijn.” De Groot Nieuws vertaling formuleert het iets anders: “De Heer zal voor jullie strijden, jullie hoeven niets te doen.” De Bijbel in Gewone Taal: “Jullie hoeven zelf niets te doen, want de Heer zal voor jullie vechten.”
In 1 Timotheüs 6: 12 roept Paulus op tot het strijden van “de goede strijd des geloofs”. Dit lijkt een heel andere oproep dan die in Exodus 14: 14, waar gevraagd wordt stil te zijn en zelf niets te doen. Toepassing van Exodus 14: 14 op de geestelijke strijd komt mij voor als onjuist. Onze geestelijke wapenrusting hebben wij immers niet om er helemaal niets mee te doen!
Eerlijkheidshalve dien ik hierbij wel op te merken dat juist in het gebed strijd en stil zijn frappant dicht bij elkaar komen! Is de goede strijd, met gebed als onmisbaar ingrediënt, misschien ook “de stille strijd des geloofs” te noemen?