Maandelijkse Archieven: juli 2018

Levend Woord – juni 2018

Categorie:Levende Woorden

Iets is alleen onrein voor wie het als onrein beschouwt.
(Romeinen 14:14b)

Het kan nogal eens stroef lopen in een gemeente als duidelijk wordt dat er onderling verschillende meningen of gewoontes op na worden gehouden. Iedereen is overtuigd van zijn of haar mening en het lukt maar niet om de andere partij om te krijgen. Dan liggen spanningen en verwijdering op de loer.

Dat gebeurde ook in Rome en niet zo’n beetje ook. Moet je je voorstellen:
Joden die zich hun hele leven al trouw aan Gods wet houden komen tot geloof in Jezus. En ook door en door heidense Romeinen komen tot geloof in Jezus.
Beiden zijn enthousiaste volgelingen van Jezus en komen samen in de gemeentebijeenkomsten. Maar dan ontdekken ze hun grote onderlinge verschillen: andere eetgewoontes, andere invulling van de sabbat, andere feestdagen.

De Joden, die veel kennis hebben over hoe God deze zaken van oudsher heeft geregeld, zullen vast bereid zijn geweest dat aan de heidenen te leren, zodat zij God ook zouden kunnen eren door een mooie levensstijl. Maar de ex-heidenen staan daar helemaal niet voor open, want ze zouden Jezus verloochenen als ze zich onder de wet zouden stellen voor hun behoud.
Dat geeft grote onderlinge spanningen, want wie heeft er nu gelijk?
En zo brokkelt Gods werk, Zijn eigen gemeente waar Jezus voor gestorven is, af door onderlinge meningsverschillen over hoe je zou moeten leven volgens God. Dat is in en in triest.

En wat adviseert Paulus in deze situatie? Komt hij met het verlossende antwoord over wie er gelijk heeft? Nee! Hij wijst een heel andere weg. Gods grote wijsheid klinkt door in Paulus’ brief aan de Romeinen.

Vrij weergegeven zegt Paulus daarin het volgende:
Meningsverschillen onder gelovigen zijn er en zullen er altijd zijn. Aanvaard dat gegeven. Maar het hebben van een andere mening zal nooit de aanleiding zijn voor God om één van Zijn kinderen te laten vallen (Romeinen 14:4), zelfs niet als het een heel belangrijke zaak betreft. God alleen weet hoe ieder van Zijn kinderen oprecht denkt over wat goed is en wat kwaad is en hoe zijn kind daar zijn/haar leven al dan niet op afstemt. En God alleen kan hem/haar daar later op oordelen. De zonde schuilt niet in het hebben en naleven van een afwijkend standpunt over hoe je God behaagt, maar kan wel schuilen in hoe je met een meningsverschil over zo’n standpunt omgaat.

Paulus schrijft in Romeinen 13: 8: “Wees niemand iets schuldig dan elkaar lief te hebben, want wie de ander liefheeft, heeft de wet vervuld.”
We weten dat de liefde waar Paulus hierover spreekt verdraagzaam is (1 Korinthiërs 13: 7). Accepteer en verdraag daarom in soortgelijke gevallen als boven beschreven, dat de ander een andere mening heeft en oordeel daar niet over (Romeinen 14: 10). Behoud daarnaast gerust je eigen overtuiging (Romeinen 14: 5) en leef daar naar, oprecht voor God (Romeinen 14: 6).

Maar houd tegelijk wel rekening met de belangen van andersdenkenden (Romeinen 14: 13). Breng elkaar niet in gewetensnood(Romeinen 14: 15), zoals de Joden de heidenen in gewetensnood zouden brengen als ze hen zouden opleggen om de Joodse wetten te gaan onderhouden zoals zijzelf doen en omgekeerd de heidenen de Joden in gewetensnood zouden brengen als ze hen zouden aansporen om onrein vlees te eten zoals zijzelf doen. Als je elkaar het leven niet moeilijk maakt door je eigen mening demonstratief voor te leven en op te dringen aan andersdenkenden binnen Gods gemeente, dan leef je in liefde met elkaar. (Romeinen 14: 22)

Gods Koninkrijk, zo zegt Paulus, bestaat helemaal niet uit die onderwerpen waar de meningsverschillen over gaan, maar het Koninkrijk bestaat uit gerechtigheid en vrede en blijdschap in de Heilige Geest. Dus richt je daarop, dan leef je echt een welbehaaglijk leven voor God en zullen mensen je waarderen. (Romeinen 14: 17,18)

Als we ons echter zouden gaan richten op de strijd over onze onderlinge meningsverschillen, dan halen we Gods goede werk door het slijk. (Romeinen 14: 16,20)

Maar, zo kan je hiertegen inbrengen, moeten we elkaar dan niet liefdevol vermanen, zoals ook in de Bijbel staat? Jazeker, maar alleen als iemand zondigt. En Paulus legt ons uit dat zondigen niet voor iedereen hetzelfde is. Zonde zit dieper dan het hebben van een mening of het verrichten van een zichtbare daad op basis van die mening. Zondigen is een verzet tegen God diep in het hart en dat kan zich bij iedereen anders uiten. Het is het bewust ingaan tegen jouw eigen mening over hoe je God met jouw hele leven dient en eert. (Romeinen 14: 5,6,14)

Daarom is het niet goed om te oordelen over elkaars meningen, maar wordt van ons gevraagd om elkaar met onze verschillende meningen te verdragen en om elkaar niet in verlegenheid te brengen of in gewetensnood. Dit alles uit liefde voor God en elkaar en tot opbouw van Gods Koninkrijk.


Levend Woord – mei 2018

Categorie:Levende Woorden

Zegen de Heer, u allen …
(Psalm 134:1a)

Wat een verwarrende zin! Hoe kunnen mensen God nu zegenen? Dat is toch altijd andersom? Het is toch juist God die mensen zegent? Zelfs de Hebreeënbrief zegt dat “het buiten kijf staat dat de mindere altijd gezegend wordt door de meerdere (Hebreeën 7: 7).

En in het derde en laatste vers van deze korte Psalm 134 wordt het zegenen ook inderdaad zo gebruikt: “Moge de Heer u zegenen, Die hemel en aarde gemaakt heeft”. En toch wordt in vers 1a precies hetzelfde woord gebruikt als in vers 3.

Wat betekent dat woord zegenen dan eigenlijk? Zegenen is onder andere goede woorden uitspreken over iemand. Eigenlijk doen wij dat ongemerkt in ons dagelijks leven heel vaak. Als we iemand tegenkomen kunnen we bijvoorbeeld zomaar zeggen: Goede morgen. Daarmee wensen we iemand een goed dagdeel toe. Dat is een zegen. Maar het zegt meer. Wij vinden ook dat het die persoon toe mag komen dat hij een goede morgen zal ontvangen. Hij is het waard, anders liepen we hem nors voorbij. Door “goede morgen” tegen hem te zeggen, geef je de persoon dus tegelijk eer. Zo heeft het grondwoord voor zegenen tegelijk ook de betekenis van groeten en eren.

En het mooie is, dat deze beide betekenissen in elkaar overvloeien in de Psalm 134. De mensen worden opgeroepen om de Heer te prijzen, te loven en te eren door goede woorden over Hem uit te spreken, dus door Hem te zegenen. En dat met name ook ’s nachts! In de stilte van de nacht is het soms veel makkelijker om je geheel op God te richten. En hoe mooi is het ook om, bij het scheiden van de nacht, je dag te beginnen met je toe te keren tot de Heer en Hem te prijzen.

Opvallend is dat vers 2 van Psalm 134 ons voorhoudt hoe we dat mogen doen, namelijk door tijdens ons zegenen van de Heer onze handen op te heffen naar het heiligdom, de verblijfplaats van onze Heer. Ook een dominee verheft zijn handen als hij de zegen uitspreekt over de gemeente vanaf de kansel. De handen opheffen bij het zegenen van de Heer richting de Heer is dus een gebaar dat bij zegenen hoort.

Het bijzondere is dat direct in het volgende vers van de psalm staat dat we daarna Gods zegen mogen ontvangen. We hoeven na onze zegen van God onze handen maar om te draaien met de handpalmen naar boven om de zegen van God te ontvangen. Hoe belangrijk is het dat we onze Heer vanuit het diepst van ons hart zegenen en prijzen om wie Hij is en Hem daarmee ook danken voor al Zijn zegeningen. En hoe wonderlijk mooi dat dit loven van de Heer in een handomdraai overgaat in het ontvangen van (nog meer) zegen van Hem.

Alles wat adem heeft, loof de HEER! (Psalm 150)


Levend Woord – april 2018

Categorie:Levende Woorden

Bescherm je hart boven alles wat te behoeden is, want daaruit zijn de uitingen van het leven.
(Spreuken 4:23)

Zolang ons hart klopt, heeft ons lichaam kleur, warmte en is vol leven. Zo is het ook geestelijk. Een heilig en rein hart geeft ons leven een prachtige kleur, geur en warmte. Want waar ons hart vol van is, stroomt niet alleen onze mond van over maar het uit zich ook in ons handelen. Daarom is het zo belangrijk om ons hart te beschermen en zuiver te houden.

Een slechte jeugd, een traumatische ervaring, horrorfilms, verkeerde sites, roddel, uitsluiting, seksuele verleiding, hebzuchtig makende reclames, maatschappelijke demoralisering, stress, overspannen verwachtingen. Het is niet moeilijk om verontreinigd of gekwetst te worden in je hart en daardoor in je leven. Maar waar haal je de middelen vandaan om je hart te beschermen en zuiver te houden?

Salomo, de schrijver van Spreuken, wijst ons op het belang van wijsheid daarin. Wijsheid is iets veel waardevoller dan het hebben van veel kennis en is tegelijk toch voor iedereen bereikbaar.

De basis van het verkrijgen van wijsheid is namelijk het voornemen om wijsheid te gaan zoeken (Spreuken 4: 7) En dat kan iedereen. Salomo (Spreuken 1: 7) en de schrijver van Psalm 111 (vers 10) vertellen ons zelfs waar we het moeten gaan zoeken: het is te vinden in ontzag voor God.

Als we God namelijk beter leren kennen, zal onze kijk op het leven en op elkaar veranderen. En dat zal op den duur merkbaar zijn voor alle mensen om ons heen. Dit heeft tijd nodig, maar zal zeker gebeuren, want Gods ogen gaan over de hele aarde om hen krachtig bij te staan van wie het hart volkomen naar Hem uitgaat (2 Kronieken 16: 9). De weg die je door het leven mag gaan, licht dan steeds helderder op, tot hij zo duidelijk wordt als bij klaarlichte dag, belooft God in Spreuken 4: 18. Daar staat tegenover dat mensen die geen behoefte hebben om God beter te leren kennen, geen helder inzicht krijgen op hun levenspad en daardoor het risico lopen onderuit te gaan (Spreuken 4:19).

God beter leren kennen, kunnen we niet op eigen houtje en naar eigen inzicht. Dan zou het geen wijsheid maar eigenwijsheid worden, waar de wereld al vol van is. Het is nodig dat de Heilige Geest ons onderwijst (Johannes 4: 26) en Gods Woord is daarbij het licht op ons pad (Psalm 119: 104,105).

Laten we daarom, zoals David in Psalm 51, God smeken om, door Zijn Heilige Geest, een nieuw hart in ons te scheppen.

En gaandeweg zal God dan, door Zijn Heilige Geest, heling en reinheid brengen in ons hart. We zullen een afkeer krijgen van wat onrein is in deze wereld en onze eigen zonden gaan zien en belijden. De vruchten van de Geest zullen zich gaan ontwikkelen en stapje voor stapje gaan we lijken op de mens die God ooit voor ogen had: een mens vol liefde en rechtvaardigheid. Het wonder zal geschieden dat je gaat lijken op je Vader; we zijn immers ooit geschapen naar Zijn beeld! (Efeziërs 4: 20-24)


Levend Woord – maart 2018

Categorie:Levende Woorden

Jullie zijn Mijn schapen, de schapen die Ik weid; jullie zijn mensen en Ik ben jullie God – zo spreekt God de HEER.
(Ezechiël 34:31)

Geweldig, wij zitten gebeiteld! We hebben een almachtige, goede God, Die voor ons zorgt als een goede herder voor zijn kudde. Tenminste, als we bij Zijn kudde horen. Maar dat doen we toch, als we geloven in Jezus Christus, Gods Zoon (Romeinen 4: 11)? Wat kan ons dan in eeuwigheidstermen nog gebeuren, met zo’n liefdevolle, almachtige, trouwe en geduldige God als Herder!?

Maar toch. Diezelfde God kan wel verontwaardigd worden, lezen we in Ezechiël 34. Als Hij ziet hoe aardse herders (politieke en geestelijke leiders) zich verrijken en te goed doen aan Zijn schapen en daarbij hun eigen belangen voor laten gaan op die van de schapen, wordt Hij boos. Ja, God kan boos worden, als je je vergrijpt aan Zijn kinderen, aan Zijn volk, aan Zijn kudde. En je blijft nergens als mens, als God na veel geduld en tevergeefs waarschuwen uiteindelijk zegt: En nu is het genoeg! Laten wij daarom ook bidden voor onze huidige politieke en geestelijke leiders, want ook zij dragen een grote verantwoording naar God toe.

De slechte aardse herders uit Ezechiël kunnen het schudden; God geeft de kudde een nieuwe Herder die alle weggevluchte en afgedwaalde schapen weer bij elkaar gaat zoeken, namelijk Jezus (Ezechiël 34: 23,24).

Een precaire situatie dus om herder te zijn, maar de meesten van ons scharen zich onder de schapen en niet onder de herders. En wij hebben daarbij een goede Herder, Jezus, dus het komt wel goed toch?

Nou, dat is te zeggen. Verzen 17-22 uit Ezechiël 34 laten toch een enigszins verontrustend beeld zien. De dieren in de kudde vertonen hetzelfde gedrag als hun slechte herders! Ze knokken voor datgene wat ze zelf goed en fijn vinden en denken daarbij niet aan de belangen van de andere dieren. Al duwend en stotend bereiken ze wat ze willen, en voor de afvallers is er niets meer over. Dit gedrag maakt God opnieuw diep verontwaardigd. Hij gaat opnieuw oordelen, dit keer over het kleinvee uit Zijn eigen kudde. De vette dieren gaat Hij vragen waarom ze zichzelf zo te goed hebben gedaan ten koste van de zwakkere dieren. Maar, dat vette kleinvee loopt wel mee in Jezus’ veilige kudde? Hoe kan dat? We zijn toch allemaal veilig voor Gods oordeel als we in Jezus geloven?!

Jezus vertelt later Zelf ook dat Hij ooit zal oordelen over kleinvee. Hij zal scheiding maken tussen de schapen en de bokken (Mattheüs 25: 31-46). Mensen die goed hebben gedaan aan zelfs maar de minst belangrijke broer of zus van Jezus, zijn welkom in Zijn Koninkrijk. Omgekeerd zijn mensen die dat niet gedaan hebben, niet welkom en worden verwezen naar het eeuwige vuur dat voor de duivel en zijn engelen bedoeld is.

Maar, is het dan niet genoeg dat je in Jezus als jouw Redder en Herder gelooft, om in eeuwigheid veilig te zijn? Ja, toch wel (Johannes 3: 16-18)! Alleen via Jezus kunnen wij het Koninkrijk binnen en niet door onze eigen goede daden. De vraag is echter, of je Jezus ook werkelijk accepteert als Koning en Herder in jouw eigen leven (Ezechiël 34: 23,24). Laat je Hem al je gangen en verlangens zien? Durf je voor Hem in het licht te gaan staan en Hém te laten zeggen wat goed en wat fout is in je leven en hoe je daarmee verder moet (Johannes 3: 19-21)? Jezus is immers je Herder, niet jij bepaalt meer waarheen je gaat en hoe, maar Hij. Als je je zo durft overgeven aan je goede Herder en jouw Koning, dan verander je door Zijn goede zorg. Dan ga je als vanzelf steeds meer leven zoals God het wil en vruchten dragen die God graag ziet.

Dat vrucht dragen voor Jezus belangrijk is bij het oordeel, komt ook naar voren in het feit dat Hij spreekt over het scheiden van de bokken van de schapen in Zijn gelijkenis uit Mattheüs 25. Schapen leveren veel op voor de herder: wol, melk, vlees. Bokken, mannetjes geiten, daarentegen leveren geen melk en ook geen wol en nauwelijks of geen vlees. De bokken, die geen “vrucht” opleveren worden in de gelijkenis dan ook afgewezen.

Is dit dan al met al een oproep om snel veel goede werken te gaan doen? Nee! De schapen uit de gelijkenis van Jezus waren zich immers niet eens bewust van hun goede werken voor Jezus en vragen Hem dan ook verbaast wanneer ze dat dan gedaan hebben.

Het is echter wel een oproep om in het licht te gaan staan voor Jezus en om niets meer geheim te houden in je leven, maar alles bloot te leggen voor God. Laat Jezus je Herder en Koning zijn en geef hem zeggenschap over jouw leven. Dan zal Hij, door de Heilige Geest, je leven vruchtbaar maken, precies op een manier die helemaal bij jou past. Dat gaat “gewoon vanzelf”, jij hoeft alleen maar achter de Herder aan te gaan. En dan zal je in liefde leren omgaan met de andere schapen in de kudde en hen evenveel gunnen als jezelf. Dan kom je vanzelf waar God je wil hebben in je leven in deze wereld, met als eindbestemming het nieuwe Jeruzalem waar het zegen op zegen van God zal regenen en geen kwaad je meer bedreigen zal.

Kom, ga mee! De Herder roept!


Eredienst – zondag 29 juli 2018 om 10.00 uur

Categorie:Digipreek

Orde van Dienst

Voorganger: Ds. J. Zondag (Dedemsvaart)
Thema: De voetbank

  • Orgelspel
  • Woord van welkom, mededelingen, stil gebed
  • (staande) Aanvangslied: Lied 68: 7
  • (staande) Votum en groet
  • Drempelgebed
  • Zingen: Lied 1010
  • Lezing: Jozua 24: 14-24
  • Gebed
  • Zingen: Lied 360
  • Schriftlezing: Efeziërs 1: 15-23
  • Zingen: Lied 110: 1,2
  • Preek
  • Zingen: Lied 835
  • Gebeden
  • Collecten
  • (staande) Slotlied: Lied 864: 1-3
  • (staande) Wegzending en zegen (3x gezongen Amen)
  • Orgelspel

Eredienst – zondag 22 juli 2018 om 10.00 uur

Categorie:Digipreek

Orde van Dienst

Voorganger: Ds. C.B. Elsinga (Almelo)

  • Orgelspel
  • Woord van welkom, mededelingen, stil gebed
  • Intocht
    • (staande) Intochtslied: Psalm 19: 1
    • (staande) Aanvangswoord
    • (staande) Groet, zingend Hemelhoog 470: 1-3
  • Klein voor God
    • Zingen: Gezang 463: 1,2,4,5 (als gebed)
    • Woord van vergeving
    • Leefregel
    • Zingen: Psalm 32: 4
  • We luisteren naar Gods Woord
    • Gebed
    • Moment met de kinderen
    • Lezing uit de Bijbel: Efeziërs 2: 1-10 (NBV)
    • Zingen: Psalm 77: 3,4
    • Verkondiging
    • Zingen: Gezang 462: 1,2
  • We dienen God met onze gaven
    • Voorbede en dankzegging
    • Collecte
    • (staande) Slotlied: Hemelhoog 726: 1-4
  • (staande) Wegzending en zegen (3x gezongen Amen)
  • Orgelspel

Eredienst – zondag 15 juli 2018 om 10.00 uur

Categorie:Digipreek

Orde van Dienst

Voorganger: Ds. B. Trouwborst (Nieuwleusen)

  • Orgelspel
  • Woord van welkom, mededelingen, stil gebed
  • (staande) Aanvangslied: Psalm 33: 1,2
  • (staande) Bemoediging en groet
  • Zingen: Psalm 33: 7,8
  • Gebed
  • Gebod
  • Zingen: Lied 218
  • Gebed om de heilige Geest
  • De kinderen gaan naar de nevendienst
  • Schriftlezing: Psalm 8
  • Zingen: Psalm 8: 1-3
  • Schriftlezing: Hebreeën 2: 5-17
  • Zingen: Psalm 8: 4-6
  • Preek
  • Zingen: Lied 705: 1,3,4
  • Gebeden
  • Collecte (de kinderen komen terug)
  • Mevrouw Kobes spreekt nav afscheid Lisa en geboorte van twee babies
  • Zingen: Lied 979: 1,2,5,7
  • (staande) Slotlied: Psalm 67: 1,2
  • (staande) Wegzending en zegen (3x gezongen Amen)
  • Orgelspel

Eredienst – zondag 8 juli 2018 om 10.00 uur

Categorie:Digipreek

Orde van Dienst

Voorganger: Ds. M. Zijlstra (Ede – interimpredikant)
Thema: Jezus Christus – struikelblok of stapsteen…

  • Orgelspel
  • Woord van welkom, mededelingen, stil gebed
  • (staande) Zingen: Evangelische Liedbundel 218
  • (staande) Bemoediging en groet
  • Aanvangswoord: Mattheüs 11: 6
  • Zingen: Psalm 89: 1,17
  • Lezing van de Tien Geboden
  • Zingen: Psalm 86: 4,5
  • Gebed van verootmoediging en verlichting met de Heilige Geest
  • Kindermoment
  • Schriftlezingen: Ezechiël 2: 1-7 en Markus 6: 1-6
  • Zingen: Gezang 423 (Liedboek voor de Kerken 1973)
  • Preek
  • Zingen: Lied 834
  • Dank- en voorbeden
  • Collecten
  • (staande) Zingen: Gezang 304 (Liedboek voor de Kerken 1973)
  • (staande) Wegzending en zegen (3x gezongen Amen)
  • Orgelspel

Door deze site te gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie

Cookies op deze website

Als u deze website gebruikt wordt er een aantal cookies geplaatst. Hieronder geven we een korte uitleg.

Mededelingen pop-up
Soms hebben we een belangrijke mededeling die we aan u laten zien in de vorm van een pop-up. We plaatsen dan ook een cookie die reguleert wanneer u de mededeling te zien krijgt.

Google Maps
Op de Contact pagina vindt u een kaartje van Google, waarop u kunt zien waar de Bethelkerk is. Hier kunt u ook een routebeschrijving aanmaken. Als u deze pagina opent plaatst Google cookies.

Sluiten