eredienst zondag 29 mei om 10 uur
Categorie:Digipreek
Voorganger: Ds Laseur (wijkpredikant)
Thema: Geef mij macht!
- Orgelspel
- Woord van welkom, mededelingen, stil gebed
- (staande) Zingen: Liedboek 2013 nr. 97: 1, 5, 6
- (staande) Bemoediging en groet
- Zingen: Evangelische Liedbundel nr. 215 (melodie: Liedboek 1973 nr. 464)
- Gebed van verootmoediging
- Genadeverkondiging
- Zingen: Liedboek 2013 nr. 412: 1, 2, 3
- Gebed om Gods Geest
- Schriftlezing: Handelingen 8: 9-25 (HSV)
- Zingen: Liedboek 2013 nr. 313: 3, 5
- Zingen: Reinier Kleijer (melodie: Liedboek 2013 nr. 801) en intussen gaan kinderen van groep 1 t/m 8 naar de
- lange nevendienst
- Prediking n.a.v. Handelingen 8: 18 (HSV)
Geef mij ook deze macht, opdat een ieder wie ik de handen opleg, de Heilige Geest ontvangt. - Zingen: Liedboek 2013 nr. 903: 3, 6
- Dienst der gebeden
- Inzameling der gaven
- (staande) Zingen: Liedboek 1973 nr. 257
- (staande) Wegzending en zegen (3 x gezongen Amen)
- Orgelspel
Tekst: Handelingen 8: 18 (HSV)
Geef mij ook deze macht, opdat een ieder wie ik de handen opleg, de Heilige Geest ontvangt.
Een stukje oer in het menselijk handelen van toen en nu is het macht willen hebben over tijd/dingen/personen. Bij sommigen gaat het zelfs zover, dat ze ook macht zouden willen hebben over God en de Heilige Geest. Diaken Filippus in Samaria kwam daarvan in zijn bediening een voorbeeld tegen, dat spraakmakend is.
Het proces van innerlijke reiniging tijdens zijn verkondiging ging toen zover, dat boze geesten mensen verlieten. Niet zelden onder luid schreeuwen (Hd.8: 7). Maar omdat de duivel meester is in vermommingen kwam hij bij één man anders voor de draad (2Cr.11:14). Op kousenvoeten. Hij kwam met de schare in Samaria mede tot geloof.
Zijn naam: Simon Magus. Enkele biodata. Afkomstig uit Gitta, dorpje ten zuidoosten van Caesarea (had Filippus een huis). Zijn vrouw heette Helena. Haar noemde hij nota bene ‘zijn eerste inzicht’. Voor de rest liepen mensen ook wèg met zijn ándere inzichten. Op spectaculaire wijze wist hij die aan de man te brengen.
Juist in tijden waar nadruk ligt op de menselijke rede blijken mensen niet zelden vatbaar voor wat ligt voorbij de grens van het redelijke. En dan lijken we in de praktijk opeens meer op een zendingsveld dan we denken. Zoals bij de Kandawo-taalgroep op Papoea-Nieuw-Guinea waar 32 jaar gewerkt is aan een bijbelvertaling.
Het vertaalteam vertelt: ‘Satan wil per se niet, dat Gods Woord wordt verkondigd. Daartoe had een aantal vrouwen ‘de wereld der geesten’ aangeroepen. Maar de Geest Gods liet zich ook niet langer onbetuigd. Een toverdokter nam deel aan een bijbelcursus. Daarnà beleed hij zonde en zei: ‘Ik ben voor satan aan het werk!’
Waar dit besef dóórbreekt, komt de vraag op: ‘Waarom dienen wíj God?’ Zit ‘t van binnen, waar enkel God écht bij ons kan komen, wel goed? Eén van grootste misleidingen, waarmee de tegenstander ons bedriegt, is dat we gewoon voor onszelf willen kunnen blijven leven en toch gered willen zijn. Dan ga je voor Christus én zelfaanbidding!
Dan krijgt ‘Judas vóór Pasen’ een tweede leven in ‘Simon (Magus) nà Pinksteren’. Afwezigheid van Geest kun je altijd aan drie dingen herkennen: 1) aandacht verschuift dan vanzelf van ‘de grote daden des Heren’ naar ‘die der mensen’ (Hd.2:11). Jeruzalem stuurt Petrus en Johannes. Nà herstel van lamme zeggen zij: nee, het is níet door onze kracht (Hd.3:12).
2) Niemand beschikt over de Heilige Geest. Ook de apostelen zélf moeten telkens weer bidden om deze ‘gave Gods’ (Hd.8:15,20). De vraag van Simon Magus staat vaak dichter bij ons dan we denken: Geef mij ook deze macht, opdat een ieder wie ik de handen opleg, de Heilige Geest ontvangt. Nee, geloof is géén kunstje!
Daarmee raakt de ene Simon aan ‘open zenuw’ van de andere Simon: Petrus. Van Jezus Zélf hoorde hij: ‘Om niet hebt gij het ontvangen, geeft het om niet (Mt.10:8).’ 3) In plaats van bezitsvermeerdering kiest de Heilige Geest juist voor het délen ervan (Hd.2:44). Neem Ananías en Saffíra als bewijs van tegendeel hiervan (Hd.5:3).
Teken van nieuw leven: Dóóp! Krácht om leven te leiden dat niet eerst eigenbelang zoekt, komt enkel van de Geest. Opvallend is, dat de kerk der Middeleeuwen Simon Magus hield voor aartsvader van simonie. De naam voor ‘duivelse verleiding’ om voor geld of gunsten zoiets als kerkelijke ambten te kopen of verkopen.
Gemeente, maar mogen wij het gebed ‘Geef mij ook deze macht’ dan helemaal niet op de lippen nemen? Jazeker wel, want hemelse Vader ziet juist uit naar Zijn kinderen. Zij, die Hem langs de weg van gebed om het goede deel vragen: dat van de Geest (Mt.7:11;Lc.11:13). Nog één keer de vraag: ‘Waarom dien ik God?’
Gaat ‘t daarbij om míjn handelingen voor Hem? Òf om die van Hem voor mij in Christus? Pinkstervuur blijft niet beperkt tot eerste uur, als álle lof en eer zijn tot aanbidding van de macht van Zijn naam. Amen