Waar de Geest van de Heer is, daar is vrijheid
(2 Korinthiërs 3: 17)
Een impressie van wat dit woord ons bracht.
Allereerst een uitleg van het Schriftgedeelte waaruit het levende woord komt door Ad Roos. Ad had vlak voor het schrijven van dit stukje ontdekt dat de brillenglazen van zijn gewone bril zo verweerd waren dat hij er nauwelijks nog door kon kijken:
“Het Schriftgedeelte uit 2 Corinthiërs 3 beschrijft hoe de Heilige Geest iemands innerlijk begint te bevrijden van een obstakel dat hem/haar het juiste zicht op Gods Woord tot dan toe ontnam, zodra deze persoon tot geloof in Jezus Christus gekomen is. Het juiste inzicht komt bovendrijven en de persoon in kwestie is vrij. Mijn gehavende bril is hier een fraaie metafoor: door de werking van de Heilige Geest krijgt iemand een glasheldere geestelijke bril van de juiste sterkte! Blijkbaar moeten wij die wèl zelf schoonhouden. In deze gebroken wereld is er van alles dat het geestelijke (in)zicht kan vertroebelen en de vrijheid waarover het in het tekstgedeelte gaat kan inperken. Zouden we daar totaal geen rekening mee houden, dan zou de geestelijke bril op den duur beschadigd kunnen worden en geen helder (in)zicht meer bieden.”
Tot zover de letterlijk overgenomen uitleg van Ad Roos. Het vervolg is een samenvatting van bijdragen van vele broeders en zusters.
Vrijheid is niet: je mag alles doen wat je wilt;
vrijheid is als iedereen doet wat Jezus wil, en dat vanuit vrijheid.
Vrijheid betekent in de praktijk:
Vrij van zorg
Waar de Geest van de Heer is, daar is geloof en vertrouwen in God. Dat maakt dat je in tijden van zorg, niet meer als een bezetene te keer gaat om de oplossing die jou voor ogen staat voor elkaar te boksen. Je weet immers dat jouw leven in Gods hand veilig is en je brengt je zorgen keer op keer bij Hem. En warempel…., Gods oplossing blijkt vaak zoveel beter en eenvoudiger dan jij had gedacht! (Jesaja 45: 11-13)
Vrij van angst
Ook angsten vallen weg. God heeft de loop der geschiedenis in Zijn hand. Ja, het zal stormen en woeden op aarde, maar Hij vertelt ons dat dat moet gebeuren en dat we dan juist omhoog mogen kijken naar Jezus die komt. (Spreuken 3: 23-26 en Lucas 21: 25-28)
Vrij van faalangst
Ook faalangst verdwijnt. Als je al iets fout zou doen, waar je jezelf de schuld van zou geven, dan weet je dat Jezus jouw fouten wegdraagt en dat Gods plan toch gewoon doorgaat met jou en met de hele wereld. Zie hoe God bijvoorbeeld doorging met David, na zijn volledig uit de hand gelopen slippertje met Bathseba dat uitliep op moord. Uit datzelfde “besmette” huwelijk wordt Salomo geboren, een vredeskoning die als voorbeeld mag dienen van de grote Vredeskoning Jezus die later toch juist uit dit “foute” huwelijk voort zal komen. Gods vergeving en herstel is in Jezus grenzeloos! (2 Samuël 11: 1 – 12: 25)
Vrij van verlegenheid en minderwaardigheidsgevoel
De zorg en liefde van God aan jou geeft je een eigen identiteit. Verlegenheid verdwijnt, je durft er te zijn omdat je weet wie je bent: een kind van God! (Romeinen 8: 15)
Vrij van sociale druk
Altijd maar weer je best doen om aardig gevonden te worden, een gewaardeerde positie te bekleden of te voldoen aan (kerkelijke) regels om “goed” bevonden te worden door de mensen. Het mat je af en eist meer dan je kunt geven. Op den duur weet je niet eens meer wie je zelf eigenlijk bent of wilt zijn.
Gods Geest leert ons echter dat je jezelf niet hoeft te bewijzen. Je mag zijn wie je bent! Je bent om geheel andere redenen waardevol voor God: Je bent duur gekocht met het bloed van Zijn Zoon Jezus! (1 Korinthiërs 7: 17-24)
Vrij van schuld en schuldgevoel
God werpt jouw zonden, jouw foute keuzes in dit leven, zo ver van Zich vandaan als het oosten is van het westen. Ze zijn nooit meer terug te vinden (Psalm 103). Jezus vertelt ons een prachtig verhaal over de grote vergeving van God omwille van Zijn medeleven en liefde voor ons (Mattheüs 18: 21-35) Voor God ben je écht vrij van schuld; Hij zal er, dankzij Jezus’ offer, nooit meer op terugkomen! Niemand veroordeelt je meer. En vanuit die rust en vrijheid zal je zelf prachtige vruchten van de Geest kunnen gaan voortbrengen.
Vrij van haat en wrok
God komt nooit meer op onze zonden terug. Maar kunnen wij dat zelf ook? Vanwaar komt toch dat gezegde: Eens een dief, altijd een dief? Wij veroordelen (onszelf en) elkaar juist veel vaker dan dat wij vergeven. En dat veroorzaakt, dat we zélf niet vrij meer zijn, want gekoesterde boosheid leidt tot razernij of neerslachtigheid die ons leven gaat beheersen. En dat geldt ook voor boosheid die zeer terecht is en rechtvaardig!
Is God niet terecht boos op ons als wij zondigen? En toch vergeeft Hij ons omwille van Zijn Zoon. Laat het oordeel dan aan God over, Hij zal zeker rechtvaardig oordelen en Hij heeft weet van jouw pijn en moeite en neemt die zeer serieus. (Openbaring 20: 11-15)
Maar wij, laten wij elkaar liefhebben en leven in vrijheid, zoals Jezus van ons vraagt. (Johannes 13: 34,35)
Onze God is een God van vrijheid
God is al een God van vrijheid vanaf het begin. Kijk bijvoorbeeld maar eens naar de leefregels die Hij aan Israël, Zijn volk, gaf. In Deuteronomium 15 staat dat iedereen elk zevende jaar alle schulden van zijn medebroeders of zusters moest kwijtschelden. Ze hoefden niet meer terug te betalen wat ze geleend hadden! (Deuteronomium 15: 1,2). En ook als iemand zich uit nood als slaaf aan een medebroeder verkocht had, dan moest hem of haar in het zevende jaar de vrijheid teruggegeven worden en zelfs een startkapitaaltje meegegeven worden om weer een eigen leven te kunnen opbouwen in vrijheid. Na zes jaar zwoegen onder schuld of slavernij, was het zevende jaar een jaar van vrijlating.
Dat gold zelfs voor de akkers en wijngaarden, die elk zevende jaar mochten rusten tijdens het Sabbatsjaar. (Leviticus 25: 3,4)
Ook God Zelf rustte op de zevende dag van Zijn scheppingsarbeid. En dat leert Hij ons ook. Wij hoeven geen slaaf te zijn van ons werk. Elke zevende dag maakt Hij ons weer vrij!
En eens, aan het eind van de tijd, als Gods plan met deze wereld volledig voltooid is, zullen wij volkomen mogen rusten, volledig vrij van zorg, angst, faalangst, verlegenheid, sociale druk, schuldgevoel, kwaad, neerslachtigheid, werkdruk en schuld aan God en mensen. (Maleachi 3: 20 en 4: 2) Want Jezus heeft ons van dit alles vrijgekocht door Zijn dood aan het kruis.
Wees dan vrij als kinderen van God, want waar de Geest van de Heer is, daar is vrijheid.