God hoeft niets van ons te krijgen, Hij komt juist om óns te dienen!
Categorie:Mini Bethelclub
Januari 2016
Naar Lukas 22: 24-30
Jullie hadden vooraf nagedacht over de vraag wie of wat jullie het allerliefste zouden zijn als alles mogelijk was. Op club mochten jullie iets knutselen zodat je je ook zo kon verkleden. Juist toen jullie verkleed waren, kwam er post binnen. Voor ieder van jullie, James Bond, de miljonair, de eenhoorn….., was er een uitnodiging van de koning! Hij kwam op bezoek en jullie werden allemaal uitgenodigd voor zijn feestmaal.
Snel versierden jullie een troon voor de koning en jullie zetten stoelen in een kring, met de troon aan het hoofd. Nu moest nog beslist worden wie waar mocht zitten. De belangrijkste mensen horen namelijk het dichtst bij de koning te zitten.
Terwijl jullie druk bezig waren met overleggen, ruimde Marianne, in keukenschort, nog even snel de bende van het knutselen voor jullie op.
Toen jullie eenmaal jullie plaats hadden gevonden, was het wachten op de koning. Waar was de koning?!
Marianne was klaar met opruimen en droeg een schaal met heerlijke chips naar binnen. Tot jullie stomme verbazing sleepte zij vervolgens de troon naar de overkant van de kring en ging daar zelf op de troon zitten bij de mensen die zichzelf het minst belangrijk vonden.
Waarom? Speelde Marianne dan de koning? Maar zij gedroeg zich meer als een bediende dan als een koning?! Waarom?
Dat is wat Jezus ook doet.
Bij God, legt Jezus uit, is alles zo anders dan bij de mensen. De mensen behandelen koningen en mensen die machtiger zijn dan zijzelf als de belangrijkste mensen. Maar Jezus zegt dat de belangrijkste mensen zich juist onbelangrijk moeten voelen en de mensen die leiding geven juist moeten dienen. Dat was ook precies wat Jezus deed. Hij hoefde niets van ons, maar Hij kwam juist om ons te dienen.
Zo is God. Hij is de Allerbelangrijkste, maar Hij hoeft niets van ons. Hij dient ons juist! Hoe bestaat het? Wie kent er zo’n God?!
En daarom, zegt Jezus, moeten wij ook zo doen: elkaar belangrijker vinden dan onszelf en elkaar dienen. Als we zo leren elkaar lief te hebben, dan mogen we straks naast Jezus, onze Koning, zitten. Dan mogen we Hem helpen wanneer Hij Koning is, want dan hebben we geleerd om zelf ook goede koningen te zijn: dienend en niet eisend.