Ambtsdragersbevestigingsdienst zondag 3 juli 2016 om 10 uur
Categorie:Digipreek
Voorganger: Ds Laseur (wijkpredikant)
Thema: wisseling van de wacht!!
- Orgelspel
- Woord van welkom, mededelingen, stil gebed
- (staande) Zingen: Liedboek 2013 nr. 43: 3, 4
- (staande) Bemoediging en groet
- Zingen: Liedboek 2013 nr. 73: 9, 10
- Gebed om Gods Geest
- Schriftlezing: Numeri 20: 22-29 (NBV)
- Zingen: Reinier Kleijer: DV nr. 22: 1, 2 (melodie: Altijd is Kortjakje ziek…)
- Zingen: Reinier Kleijer nevendienstlied, terwijl groep 1 t/m 5 naar de nevenruimte gaat (melodie: Liedboek 2013 nr. 134)
- Prediking n.a.v. Numeri 20: 27 en 28 (NBV)
Ze gingen voor de ogen van het hele volk de berg op, zoals de Here Mozes had opgedragen. Mozes liet Aäron zijn priesterkleding uittrekken en droeg Aärons zoon Eleazar op die aan te trekken. Daar, op de top van de berg, stierf Aäron. Daarna ging Mozes met Eleazar weer naar beneden. - Zingen: Evangelische Liedbundel nr. 189a
- Zingen: Reinier Kleijer nevendienstlied, terwijl groep 1 t/m 5 naar de nevenruimte gaat (melodie: Liedboek 2013 nr. 134)
- Afscheid van aftredende ambtsdragers
(staande) Zingen: Reinier Kleijer: DV nr. 267 (melodie: Liedboek 2013 nr. 913) - Bevestiging ambtsdragers
(staande) Zingen: Liedboek 2013 nr. 134: 1, 3 - Dienst der gebeden
- Inzameling der gaven
- (staande) Zingen: Evangelische Liedbundel nr. 396
- (staande) Wegzending en zegen (3x gezongen Amen)
- Orgelspel
Tekst:Numeri 20: 27 en 28 (NBV)
Ze gingen voor de ogen van het hele volk de berg op, zoals de Here Mozes had opgedragen. Mozes liet Aäron zijn priesterkleding uittrekken en droeg Aärons zoon Eleazar op die aan te trekken. Daar, op de top van de berg, stierf Aäron. Daarna ging Mozes met Eleazar weer naar beneden.
Ze gingen voor de ogen van het hele volk de berg op, zoals de Here Mozes had opgedragen. Mozes liet Aäron zijn priesterkleding uittrekken en droeg Aärons zoon Eleazar op die aan te trekken. Daar, op de top van de berg, stierf Aäron. Daarna ging Mozes met Eleazar weer naar beneden.
Vandaag is ‘t verdere ‘wisseling van de wacht’. Nieuwe ambtsdragers treden aan of worden herbevestigd. Vandaag nader over een andere ambtsdrager. Hogepriester Aäron. Op het moment dat hij nog gezond is, krijgt hij boodschap dat zijn tijd op aarde er bijna op zit. Hoe kán dit nu Beloofde Land nog níet betreden is?
Israël was hier 38 jaar geleden óók. Bij de oase Kades-Barnea. In die tijd is de woestijn voor het volk een massagraf geworden. Broedervolk Edom en Moab weigerden doortocht. Mozes’ oudere zus Mirjam was al gestorven. Waarom nu ook Aäron weg? Ambtsdragers mét ervaring kunnen we dikwijls helemaal niet missen…
Aäron: hij wás er. Wèl ter tale. ‘Voice over’ voor Mozes bij farao. Uit de stam Levi. Gehuwd met Elisaba uit de stam Juda. Steunde moede handen van Mozes in de strijd tegen Amalek. Maakte mee hoe hij op één dag zelf tot hogepriester gewijd werd en vier zonen tot priester. Terwijl twee hunner omkomen bij het reukaltaar.
Zwakke momenten kende hij ook. Bij het gouden kalf. Hij volgde zijn zus in de onvrede over Mozes. En hij hield zijn broer niet tegen bij het slaan op de rots van Meriba. Nu gaat ‘t eerst bergop- en daarnà bergafwaarts. Ze gingen voor de ogen van het hele volk de berg op, zoals de Here Mozes had opgedragen. O, Vaste Rots!
De dichter van dit lied heette ds. Augustus Topladye (1740-1778). Hij werd slechts 38 jaar en stierf aan tuberculose. Tijdens noodweer wist hij zich gered door te schuilen in een kloof van een gespleten rots. Zo is het lied ontstaan. Velen tot troost. Terug naar Aäron op de berg Hor. In gezelschap van zoon Eleazar en Mozes.
Mozes liet Aäron zijn priesterkleding uittrekken en droeg Aärons zoon Eleazar op die aan te trekken. Ziet u ‘t vóór zich? Mozes met zijn wit linnen kleding, Eleazar met priestergewaad en de 123-jarige Aäron? Met gouden plaat op het voorhoofd, hemelsblauwe efod om de schouders en de gouden borstplaat met de twaalf edelstenen?
Aäron sterft. Ik stel me voor zoals ds. Topladye. Toen hij op sterfbed lag, zei de arts: ‘Uw pols wordt steeds zwakker!’ Hij antwoordde: ‘Ja, maar mijn hart klopt steeds luider voor Hem die mij, zondaar, leven doet.’ Daar, op de top van de berg, stierf Aäron. Ook wij worden eens op een dag ‘ontkleed’, zegt Paulus (2Cor.5:4).
Moeten alles achterlaten. Geld, goed, liefsten. Sterft de dienaar, maar de dienst gaat dóór. Aäron hield de ogen gericht op ‘zijn hogepriester’ Eleazar. De betekenis: God hélpt! In de persoon van een ándere Hogepriester. Niet uit de stam van Levi, maar naar de ordening van Melchizedek. Uit de stam van Juda. Zijn berg heette: Golgotha.
Daar waren ze ook met z’n drieën. Twee moordenaars omgaven Hem. De Middelaar. Zijn kleren werden ook uitgetrokken. En daarover werd het lot geworpen. Alléén. Van God én mensen verlaten. Daarna ging Mozes met Eleazar weer naar beneden. Het gewone leven in. Daar waar Hij de Zijnen Zijn wonden getoond heeft.
Hij is er ook vandaag voor Zijn volk door de Geest. En voor Zijn gemeente. Het werk van deze hemelse Ambtsdrager is niet tijdgebonden (Hebr.7:24). Bij ons is er altijd ‘wisseling van de wacht’. Maar bij al wat verandert, moet één ding níet veranderen. De dagelijkse nadering tot troon der genade om barmhartigheid en hulp (Hebr.4:14-16). Amen.