Eredienst – zondag 13 december 2015 om 10.00 uur
Categorie:Digipreek
Voorganger: Ds. Laseur (wijkpredikant)
Thema: Echo van de Geest!
- Orgelspel
- Woord van welkom, mededelingen en stil gebed
- (staande) Zingen: Liedboek 2013 nr. 80: 1, 6, 7
- (staande) Bemoediging en groet
- Zingen: Liedboek 2013 nr. 438: 1, 3, 4
- Adventswoord ter bemoediging: Lucas 11: 27 en 28 (BGT)
- Zingen: R. Kleijer, Adventslied (melodie: Liedboek 2013 nr. 913)
- Gebed om Gods vergeving en Geest
- Schriftlezing: Lucas 1: 39-56 (NBV)
- Zingen: Liedboek 2013 nr. 464: 5, 6
- Prediking n.a.v. Lucas 1: 44(NBV)
- Zingen: Liedboek 2013 nr. 157a: 1, 2, 4
- Presentatie kerstproject Zondagsschool: “Liefdevol aangeraakt”
- (staande) Wij gedenken: Janna Kassenberg-van Dijk
- (staande) Zingen: Evangelische Liedbundel nr. 191: 1
- Dienst der gebeden
- Inzameling der gaven, terwijl Bram Westenberg op piano speelt: I wonder as I wander
- (staande) Zingen: Liedboek 2013 nr. 442
- (staande) Wegzending en zegen (3x gezongen Amen)
- Orgelspel
Bijbelgedeelte voor zelfstudie
Lucas 11: 27 en 28
Vragen voor zelfstudie
- Reeds tijdens haar leven waren er eerste aanzetten tot verering van Maria. De Here Jezus gaat níet daarin mee. Waarom zou dat zijn?
- Benedictus van Nursia (480-547), stichter van de Benedictijner orde, liet de lofzang van Zacharia dagelijks zingen in de lauden bij het krieken van de dag, de lofzang van Maria in de vespers en de lofzang van Simeon in de completen voor het slapen gaan. Waarom zoekt hij de kracht van de herhaling juist hierin?
- Huub Oosterhuis (geb.1933) schreef ooit dit lied (Gezongen Liedboek, Kampen 1993, pag. 248):
“Delf mijn gezicht op, maak mij mooi.
Wie mij ontmaskert, zal mij vinden.
Ik heb gezichten, meer dan twee,
ogen die tasten in den blinde,
harten aan angst voor angst ten prooi.
Delf mijn gezicht op, maak mij mooi.
Delf mijn gezicht op, maak mij mooi.
Wie wordt ontmaskerd wordt gevonden
en zal zichzelf opnieuw verstaan
en leven bloot en onomwonden,
aan niets en niemand meer ten prooi.
Delf mijn gezicht op, maak mij mooi.”
Door God gezien worden is de meest fundamentele ervaring van en voor een mens. Doordat Maria op deze wijze gezien is, ziet zij vanaf dat ogenblik ook zichzelf anders. Ervaart u zelf, dat die doorverbinding belangrijk kan zijn?
Tekst: Lucas 1: 44
Priester Henry Nouwen (1932-1996) vertelde over een tweeling in een baarmoeder. Ze waren zich nauwelijks van hun omgeving bewust tot ze elkaars bestaan ontdekten. Er ontspon zich een gesprek. De één zei: “We zijn aan ‘t veranderen.” De ander zei: “Dan gaan we deze wereld verlaten en dus gebóren worden…” Waarop de ene vroeg: “Geloof jij in leven nà de geboorte?” De ander zei: “Bestáát niet, want niemand weet hoe dat eruit ziet.” De ene zei: “Daar zal het lichter zijn dan hier en je zult er met de mond eten.” De ander zei: “Raar idee, want hier is ‘t toch de navelstreng die ons voedt. En wie kwam er ooit terug nà de geboorte? Als het bestaan werkelijk eindigt met een geboorte, is ‘t ergens absurd.” De ene zei: “Daar zullen we dan in elk geval ‘ons mam’ zien en zal ze voor ons zorgen.” De ander zei: “Dus jij gelooft in een moeder? Waar ís ze dan?” De ene zei: “Overal om ons heen. Wij zijn en bestaan in en door haar.” De ander zei: “Nonsens! Nóóit iets van gezien of gemerkt, dus bestaat ze ook niet.” Toen zei de ene: “Maar als je stil bent, kun je haar voor ons horen zingen.”
Weet u van wie dit ook gezegd kon worden? Van Elisabeth, die helemaal uit haar dak gaat tijdens de ontmoeting met Maria. Samen in blijde verwachting. Bij de één laat, bij de ander erg jong.
Ze leggen zowel een weg af naar elkaars huis als hart. Op katholieke kalender is er altijd aandacht voor dit bezoek van die twee aanstaande moeders aan elkaar op 2 juli. Rembrandt schildert ‘t in de vorm van de omhelzing van de lieve oude tante, die een dierbaar familielid begroet. Het lijkt alsof ze bij elkaar schuilen.
De oude priestervrouw en het ongehuwde meisje: wie hebben zij én jij om dóór te praten over wat de Here in je leven doet? Mogelijk spraken (Joodse) vrouwen er onderling makkelijker over dan mannen. Temeer daar er naar moederschap verlangd werd met ‘t oog op het komen van de Messias. En advent is herbeleving!
Maria zal nooit gedacht hebben, dat ze zwanger was van Iemand die eens op water zou lopen en blinden weer het gezicht zou geven. Laat staan, dat ze God kuste toen ze Jezus als zuigeling vasthield. Dezelfde God komt in Christus ook persoonlijk naar óns toe. En Elizabeth is de éérste mens, die dat in de gaten kreeg.
Bij de begroeting is ze er zelfs zo bewogen onder, dat haar eigen kind méé beweegt. Vraag niet hoe ze het allemaal wist: ze wíst ‘t! De echo op afdeling ‘moeder en kind’ had niet beter in beeld kunnen brengen, waaraan de Heilige Geest getuigenis gaf: Toen ik je groet hoorde, sprong het kind van vreugde op in mijn schoot.
Hier wordt een woord voor opspringen (skirtaein) gebruikt dat we ook tegenkomen bij tweeling Jacob en Ezau in moederschoot bij Rebekka (Gen.25:25). Terwijl Zacharias géén woord kan uitbrengen, zingt het van binnen bij Elisabeth. Maria doet mee in koor: “Hij heeft oog gehad voor mij, zijn minste dienares (vs.48).”
Zo zijn deze twee nichten, dochter van Aäron en die van David, én de ongeboren neefjes bij elkaar. Elkaar nabij. Johannes, de oudste van de twee, kan zich niet inhouden. Echt een jongen trappelt/huppelt hij van zielenvreugd in de moederschoot. Ziehier de eerste ontmoeting tussen Johannes en Jezus in ongeboren staat…
De Koning en Zijn heraut. De Bruidegom en vriend van de Bruidegom (Joh.3:29). Zelfs óngezien, in de embryonale fase, weet Jezus alles en elkeen aan Zich te binden. Nu de vergelijking. Ook wij zien Jezus nu niet. Zoals de ongeboren tweeling vlak vóór geboorte in het voorbeeld van Nouwen hun moeder niet. Hoe treden we nieuw leven met/bij Hem tegemoet?
Elisabeth kan ’t niet kwijt aan haar man zoals je soms ziet bij partners. Tót de Heiland écht bij iemand binnen komt. Dan is er plots de echo van de Geest, die zorgt voor het ontstaan van wat prof. van Ruler (1908-1970) ‘het binnenpretje’ noemt. Blijdschap over Hem, die grote dingen doet. Enkel in en door Hem bestáán wij. Amen.