avondmaalsdienst zondag 11 juni 2016 om 10 uur
Categorie:Digipreek
Voorganger: Ds Laseur (wijkpredikant)
Thema:Koersvast!
- Orgelspel
- Woord van welkom, mededelingen, stil gebed
- Orgelspel
- (staande) Zingen: Liedboek 2013 nr. 27: 2, 5
- Bemoediging en groet
- Zingen: Evangelische Liedbundel nr. 411
- Gebed om Gods Geest
- Schriftlezing: 2 Timotheüs 2: 1-13 (HSV)
- Zingen: Liedboek 2013 nr. 727: 3, 4, 10
- Zingen: Reinier Kleijer nevendienstlied, terwijl groep 1 t/m 5 en 6 t/m 8 naar de nevenruimte gaan (melodie:
- Liedboek nr. 2013 nr. 134)
- Prediking n.a.v. 2 Timotheüs 2: 8 (HSV)
Houd in gedachten dat Jezus Christus uit de doden is opgewekt, uit het nageslacht van David, overeenkomstig mijn Evangelie. - Zingen: Evangelische Liedbundel nr. 170
- Woorden der inzetting
- Gedachtenis van Christus
- (staande) Zingen: Apostolische Geloofsbelijdenis
- Gebed voor de gaven
- Nodiging
- (staande) Gezongen dankzegging: Liedboek 2013 nr. 103: 3, 4, 5
- (staande) Gedenken: Geertje Molenkamp-Bouwknegt (1932-2016)
- (staande) Zingen: Liedboek 2013 nr. 23b: 2
- Dienst der gebeden
- Inzameling der gaven
- (staande) Zingen: Liedboek 1973 nr. 259
- (staande) Wegzending en zegen (3x gezongen Amen)
- Orgelspel
tekst :2 Timotheüs 2: 8 (HSV)
Houd in gedachten dat Jezus Christus uit de doden is opgewekt, uit het nageslacht van David, overeenkomstig mijn Evangelie.
Arjan Plaisier was 8 jaar het gezicht van de PKN. Eergisteren maakte hij plaats voor René de Reuver. De oud-scriba blikte terug en zei onder andere: ‘Je kunt niet de kerk dienen en zeggen: Met Jezus heb ik niks. We moeten wel reëel zijn: het leven is géén grapje. Zo van: straks komt er een generaal pardon en gaan we verder feesten.
Het evangelie is volstrekt helder: je moet kiezen. Het komt erop aan hoe je lééft.’ Einde citaat. Ten tijde van grote afval onder christenen in Romeinse provincie Asia (1:15) in de eerste na Christus schrijft Paulus iets soortgelijks. In zijn tweede brief aan Timotheüs, zijn stille rechterhand in Efeze: Houd in gedachten dat Jezus Christus uit de doden is opgewekt.
Er staat: opgewekt uit de doden. Níet: opgestaan uit de dood. Dat wil zeggen: door Vader wákker gemaakt. Uit de doden. Geen mens is tot op heden zelf boven het moeras van de dodenakker uit gestegen. Met één uitzondering: Jezus Christus. Fijn voor Hem, zeggen mensen dan, maar wie is daar op dit ogenblik écht mee geholpen?
Paulus zegt: ‘Elkeen pas dan écht, als je het besef van het wáárom ervan dágvers weet te houden!’ Daarom stelde de Here Jezus Zelf bewust het Heilig Avondmaal in. En bepaalt de Heilige Geest ons hier en nu bij Hem. Niet bij een dode Heiland, maar bij Eén die lééft! Ook als een Paulus én wij er eens op een dag níet meer zullen zijn.
Gemeente, iets is gauw gezegd. Maar hoe kan ik weten of dit wáár is? Hóór wat de apostel over de afkomst van de Heiland zegt: uit het nageslacht van David. Maar wie was David? Koning van Israël, die aan het begin van zijn optreden de reus Goliath versloeg. Toch ging zijn pad daarnà níet meteen over rozen. Helaas eerst over doornen!
Geldt dat ergens ook niet voor wie gaan in het spoor van Davids Zoon Jezus Christus? Een soldaat, atleet en boer krijgen het leven ook niet op presenteerblad (vs.3-7). Weliswaar zijn er hier nog geen directe situaties van gevangenschap en marteldood om reden van het geloof. Maar aan ons hier wordt getrokken door ziekte en verdriet.
Wat een zegen als de wijze, waarop wij zulke vormen van lijden (ver)dragen, voor anderen iets weerspiegelen mag van de (opstandings)kracht van het Evangelie. Míjn Evangelie, zegt Paulus. Dit zegt hij niet voor niets. In de Griekse havenstad Corinthe (2,11:4) heeft hij gezien hoe weinig koersvast de gemeente is door níet of slechts gedeeltelijk aan Jezus vast te houden.
Dan wordt viering van het Heilig Avondmaal op den duur een vluchtige herinnering aan wat daar en toen ooit door een Goed Mens gedaan is. Gedenken is gans ánder werk. Werk van Geest. Telkens weer kiezen hoe je leeft. Zoals Luther zegt: ‘Ik leef alsof Christus gisteren gestorven is, vandaag opgestaan en morgen terugkomt. Zó spoedig!’
H.A. zegt: ‘Vergeet-Mij-niet!’ De Heiland belóóft: Dan zal Ik jou óók niet vergeten (vs.11-13). Gemeente is Zíjn boeket vergeet-Mij-nietjes! Amen.